Vanwege de Thaise achtergrond van de sport worden er ook Thaise benamingen voor de technieken gebruikt. In het begin lijkt dit moeilijk, maar het is vrij eenvoudig te leren. Zo heet een ‘directe stoot’ een ‘mahd trong’. Als je weet dat ‘mahd’ het Thaise woord is voor ‘stoot’ en ’trong’ het Thaise woord is voor ‘direct’ of ‘voorwaarts’ dan is een voorwaartse knie ‘khao trong’ en een afhoudtrap ’teep trong’.
Algemene begrippen en tellen
Ajarn
= meester (vanaf 14e khan)
Kru
= leraar
Pahsom
= combinatie
Sawadee kap
= begroeting (voor mannen)
Sawadee kaa
= begroeting (voor vrouwen)
Chok
= beginnen
Yud
= stoppen
Sai
= links
Kua
= rechts
1. Nung
6. Hok
2. Song
7. Jed
3. Saam
8. Peud
4. Sie
9. Khao
5. Haa
10. Siep
Standen en loopbewegingen
Wai
= groet met gevouwen handen
Kum Chung
= gevechtshouding
Seub
= voorwaarts schuifelen (zelfde been blijft voor
Seue Yang
= voorwaarts schuifelen (wisselen van been)
Mah Yong
= paardenloop (met knieën omhoog)
Yaang saam kum
= driestaps loop
Yaang suk gasem
= ontwijkende loop (in een driehoek)
Blokkeringen
Khao bong nok
= buiten blokkering met been
Khao bong nai
= binnen blokkering met been
Stoten / Mahd
Mahd trong
= directe stoot
Mahd tawad
= hoek
Mahd suhy
= opstoot
Mahd kwaang
= swing stoot (zwaai)
Mahd khok
= diagonaal van boven naar beneden (overhand)
Gradod mahd trong
= gesprongen mahd trong
Ellebogen / Sok
Sok tee
= diagonaal van boven naar beneden
Sok tad
= horizontaal van buiten naar binnen
Sok ngad
= verticaal van beneden naar boven (strijk door je haren)
Sok pung
= speerpunt naar voren (pung = speer)
Sok gratung
= doorzakken en van beneden naar boven
Sok glab
= achterwaarts
Sok sab
= verticaal van boven naar beneden (hakbeweging)
Gradod sok tee
= gesprongen sok tee
Knieën / Khao
Khao trong
= voorwaartse knie
Khao chiang
= knie schuin omhoog
Khao tad
= knie horizontaal
Khao laa
= half scheen / half knie (op afstand houden)
Khao tee
= van buiten naar binnen met binnenkant knie (zoals in chap ko = clinchen)